Laat uw kleinkinderen meegenieten door het ik-opa of oma testament

Mentor

Laat uw kleinkinderen meegenieten door het
ik-opa of oma testament

Auteurs: Wouter Massez en Marc Peeters

Iedere grootouder staat al eens stil bij de toekomst van de kleinkinderen en wil daarbij naast wijze raad vaak een financieel duwtje in de rug geven. Niettemin zonder de eigen kinderen in de kou te laten staan of te benadelen. Het gaat er integendeel om het familievermogen zoveel mogelijk intact te houden door een fiscaal gunstige en correcte regeling uit te werken.

Waarover gaat het?

Bij een ik-opa of oma testament stelt de grootouder de eigen kinderen aan als algemene legataris waardoor ze principieel alle goederen erven, onder de last een schuld (onder de vorm van een nominaal bedrag) te erkennen jegens hun eigen kinderen (de kleinkinderen van de grootouder). De kinderen van de grootouder blijven aldus wel degelijk erfgenamen en krijgen de volledige nalatenschap, onder de last evenwel een door de grootouder testamentair vooraf bepaalde, niet-rentedragende vordering op hen te aanvaarden vanwege hun eigen kinderen (de kleinkinderen van de grootouder). Die vordering is bij voorkeur slechts opeisbaar bij het overlijden van de langstlevende van beide ouders.

De werking van het ik-opa of oma testament ziet er in een voorbeeld samengevat uit als volgt. Opa/oma heeft een vermogen van X (nominale waarde) en legateert dit aan zijn/haar kind (bv. de zoon) onder de last om bij zijn overlijden Y (nominale waarde) te betalen aan zijn/haar kleindochter. Bij het overlijden van opa/oma erft de zoon X te verminderen met Z (contante waarde) en de kleindochter erft Z. Beiden worden elk afzonderlijk op dit deel belast. Op het moment van het overlijden van de opa/oma heeft de zoon een leeftijd die gerelateerd is aan een leeftijdscoëfficiënt conform bv. de omzettingstabel van art. 2.7.3.3.2. van de Vlaamse Codex Fiscaliteit (VCF), waarmee de contante waarde van Z wordt berekend. De volle eigendom van de last wordt verminderd met de tegenwaarde van het levenslang genot (het vruchtgebruik) door de zoon.

Bij het overlijden van de zoon of (zo daarin voorzien is) van zijn echtgenote of partner als zij het langst leeft, wordt dan de vordering Z die de kleindochter heeft, aan nominale waarde Y opgenomen in het passief van de nalatenschap van de zoon (haar vader). Kortom, bij het ik-opa of oma testament betaalt het kind als algemene legataris enkel erfbelasting op het bedrag van de nalatenschap van de grootouder verminderd met de niet-rentedragende vordering van het kleinkind. De kleindochter verkrijgt in dit voorbeeld louter een schuldvordering op haar vader, waarvan de contante waarde (blote eigendom) conform de fictiebepaling van de VCF als legaat wordt belast op datum van het overlijden van de grootouder (art. 2.7.1.0.6, §1 VCF). De vader is als algemene legataris overigens niet gehouden het nominaal bedrag integraal of gedeeltelijk te bewaren voor zijn dochter.

De contante waarde (CW) of actuele waarde (AW) van een toekomstig bedrag aan geld over een tijdsperiode van n jaar en bij rentevoet p, is het bedrag dat uitgezet tegen samengestelde interest bij de genoemde rentevoet na de periode van n jaar juist het gegeven bedrag oplevert. Eenvoudig geformuleerd: de huidige waarde van een bedrag waarover men pas na een bepaalde periode de beschikking heeft.

In het ik-opa of oma testament “is de contante waarde, op de dag van het overlijden van de grootouder, de verdisconteerde waarde van het bedrag dat bij het overlijden van het kind aan het kleinkind zal moeten worden betaald. Uit het voorgaande kan besloten worden dat de kleinkinderen de nominale waarde van de last (volle eigendom) zullen kunnen opvorderen bij overlijden van hun ouder, maar slechts belast worden op de contante waarde van de last (blote eigendom). Het bedrag dat ze krijgen is dus groter dan het bedrag waarop ze rechten betalen.” (definitie van de fiscale administratie in circulaire nr. 8/2012 van 19 juli 2012)

De spreiding van de nalatenschap is fiscaal voordelig. Bij het overlijden van de grootouder is er erfbelasting verschuldigd. Aangezien de nalatenschap evenwel aan meerdere erfgenamen toekomt (bv. kind en kleinkinderen) is het totaal aan erfbelasting lager dan wanneer het slechts om een enkele erfgenaam zou gaan (bv. het kind).

Wat biedt een ik-opa of oma testament meer dan een gewoon testament?

De spreiding van de nalatenschap is fiscaal voordelig. Bij het overlijden van de grootouder is er erfbelasting verschuldigd. Aangezien de nalatenschap evenwel aan meerdere erfgenamen toekomt (bv. kind en kleinkinderen) is het totaal aan erfbelasting lager dan wanneer het slechts om een enkele erfgenaam zou gaan (bv. het kind). De tarieven van de erfbelasting (het successierecht) zijn immers progressief. Ze nemen toe naarmate per erfgenaam het nagelaten netto vermogen groter is. Hoe meer erfgenamen, hoe meer men de lagere tariefschijven kan opvullen. Erfenissen in rechte lijn en tussen partners worden weliswaar aan de laagste tarieven belast, maar lopen in de schijf boven 250.000 euro op tot een heffingspercentage van 27%. In het Vlaams Gewest wordt wel de opsplitsing gemaakt tussen roerende en onroerende goederen, waardoor de erfgenaam eventueel tweemaal van de laagste tarieven kan genieten.

Een ik-opa of oma testament is fiscaal extra interessant omdat de kleinkinderen bij het overlijden van hun langstlevende ouder de nominale waarde van de last verkrijgen. Nochtans hebben ze bij het overlijden van de grootouder slechts erfbelasting betaald op de contante waarde van die last. Die contante waarde houdt er rekening mee dat de schuldvordering pas in de toekomst effectief betaalbaar zal zijn. Ze ligt dan ook lager dan de nominale waarde.

Anderzijds mag het kind dat als algemene legataris van de grootouder erft, de nominale waarde van de schuldvordering (de last) vanwege zijn of haar kinderen (de kleinkinderen), aftrekken van de som die het krijgt. Op deze manier betaalt het kind vanzelfsprekend erfbelasting op een lager bedrag (cf. supra).

Ook later bij het overlijden van het kind (of de langstlevende echtgenoot of partner) is er een besparing van erfbelasting. De kleinkinderen zullen op dat moment de nominale waarde van de schuldvordering mogen aftrekken van de waarde van de nalatenschap van hun ouder. Van die schuldvordering waren ze immers al eigenaar sinds het overlijden van de grootouder. De kleinkinderen mogen die nominale waarde in mindering brengen van het actief van hun ouder, ondanks het feit dat zij bij het overlijden van de grootouder enkel op de contante waarde erfbelasting hebben betaald.

Het ik-opa of oma testament zorgt aldus in zijn totaliteit voor een aanzienlijke besparing door een dubbele belastingheffing te vermijden of minstens te reduceren.

Overigens kan de grootouder testamentair beschikken dat de erfbelasting of een gelijkaardig successierecht verschuldigd door de erfgenamen of legatarissen, door de nalatenschap dient voldaan, onder verantwoordelijkheid van de algemene legataris. Voorts kan het testament voorzien dat de wettelijke regels inzake plaatsvervulling en vervolgens aanwas binnen de staak, van toepassing zijn bij vooroverlijden van het kind en/of de kleinkinderen.

Mocht het kind niet op de hoogte zijn van het opstellen van het ik-opa of oma testament en bestaat de vrees voor een weigering tot uitvoering, dan dient de grootouder de aanstelling van een testamentuitvoerder te stipuleren evenals in voorkomend geval, alternatieve beschikkingen. Ook de situatie van echtscheiding van het kind kan in aanmerking komen.

Op burgerrechtelijk vlak biedt het ik-opa of oma
testament eveneens een aantal specifieke voordelen

  • De kleinkinderen verkrijgen een schuldvordering op termijn waarvan de betaling nochtans niet onderworpen is aan enige zekerheidstelling door hun ouders, waaronder de algemene legataris.
  • De ouders (minstens de algemene legataris) behouden de volledige controle en het beschikkingsrecht over principieel de ganse nalatenschap, waarvan ze ook de opbrengsten genieten (intresten, dividenden, meerwaarde).
  • De ouders zijn niet verplicht de testamentair bepaalde nominale bedragen integraal of gedeeltelijk te bewaren voor hun kinderen. Niettemin zouden kinderen rechtshandelingen gesteld door hun ouders om zich insolvabel te maken en aldus aan hun schuldverplichting te ontsnappen, kunnen aanvechten via de pauliaanse vordering (art. 1167 Burgerlijk Wetboek).
  • De kleinkinderen verwerven het beschikkingsrecht en het beheer over het roerend vermogen nagelaten door de grootouder, pas bij het overlijden van de langstlevende van hun ouders. Enkel op dat ogenblik treedt hun recht van opeisbaarheid in werking.
  • Het testament laat de grootouder toe voorwaarden, lasten en andere modaliteiten op te leggen. Aangezien de kleinkinderen geen reservataire erfgenamen zijn, kunnen zij deze enkel vaststellen en aanvaarden.

Wat met de erfrechtelijke reserve van de kinderen?

Als de schulderkenning die de grootouder bij testament oplegt aan de kinderen, een inbreuk vormt op hun erfrechtelijke reserve, die vrij en onbelast dient verkregen, dan kunnen de benadeelde kinderen zo gewenst, een vordering tot inkorting instellen. Vanuit dat perspectief verdient het aanbeveling dat grootouder en kinderen overleg plegen vooraleer het ik-opa of oma testament tot stand komt. Duidelijke communicatie om misverstanden te vermijden, is in het belang van alle betrokken partijen.

Voor zover de omstandigheden dat vereisen, dient bovendien rekening gehouden met eventuele kleinkinderen die geboren worden na het overlijden van de grootouder. Als daarover in diens testament niets bepaald is, ontstaat er een onevenwicht in de verdeling van de nalatenschap.

Kan er sprake zijn van fiscaal misbruik?

In haar circulaire nr. 8/2012 van 19 juli 2012 bestempelde de FOD Financiën aanvankelijk het ik-opa of oma testament als fiscaal misbruik. In haar daaropvolgende circulaire nr. 5/2013 van 10 april 2013 heeft de fiscale administratie evenwel dat standpunt gewijzigd en bevestigd dat testamentaire bepalingen niet onder de toepassing vallen van de fiscale antimisbruikbepalingen.

Fiscaal misbruik handelt immers om door de belastingplichtige zelf gestelde rechtshandelingen. In het kader van successierechten en testamenten is de testator (de erflater die bij uiterste wil over zijn of haar nalatenschap beschikt) niet de belastingplichtige. Bijgevolg kunnen, op basis van de geldende wetteksten, testamentaire bepalingen niet kwalificeren als fiscaal misbruik. Dat geldt a fortiori ook voor het generatie overslaand ik-opa of oma testament binnen de context van de erfbelasting.

Door de zesde staatshervorming is sinds 1 januari 2015 de Vlaamse belastingadministratie (Vlabel) verantwoordelijk voor de aanslagvoet, de heffingsgrondslag, de vrijstellingen, de inning en de invordering van erf- en registratiebelastingen. De Omzendbrief 2015/1 van 16 februari 2015 betreffende art. 3.17.0.0.2. van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013, zoals gewijzigd door het decreet van 19 december 2014, preciseert over fiscaal misbruik van rechtshandelingen het volgende: “Artikel 3.17.0.0.2 van de VCF stelt dat fiscaal misbruik handelt om door de belastingplichtige zelf gestelde rechtshandelingen. In het kader van de erfbelasting en testamenten is de testator niet de belastingplichtige. Bijgevolg kunnen testamentaire bepalingen alvast niet onder de toepassing vallen van de in artikel 3.17.0.0.2 van de VCF voorziene antimisbruikbepaling.”

Besluit

Een grootouder die de financiële teugels strak in handen houdt, maar toch de kleinkinderen wenst te betrekken in de vermogensoverdracht of familiale successieplanning (generatiesprong) is erbij gebaat een testament op te stellen dat in de begunstiging de loutere nalatenschap aan de kinderen overstijgt, maar deze laatsten tegelijk controle, beheer en beschikking voorbehoudt. Het ik-opa of oma testament is vanuit dat oogpunt een efficiënt instrument van vermogensengineering en een waardig alternatief voor de grootouder die niet wenst te schenken bij leven of die geen burgerlijke maatschap wenst op te richten.

Het zal inmiddels duidelijk zijn dat de redactie van het ik-opa of oma testament maatwerk vereist om rekening te houden met de prioriteiten van de grootouder naast het intact houden van het familievermogen: bij uitvoering van het testament ofwel een onmiddellijk fiscaal voordeel voorbehouden aan de kinderen, ofwel een uitgesteld fiscaal voordeel (door de schuldcreatie) op termijn voorzien voor de kleinkinderen.

Wat kan Mentor voor u betekenen?

Mentor begeleidt verzekeringsmakelaars, al dan niet vennoten van het Instituut voor Vermogensanalyse, in de persoonlijke opmaak voor hun cliënten van juridisch-technische documenten waaronder het ik-opa of oma testament.

Contacteer ons op 02/253 87 01 voor de adresgegevens van een erkend verzekeringsmakelaar die met ons samenwerkt

Sofie Hemeleers staat u graag te woord
E. sofie.hemeleers@mentorinstituut.be

Mentor Instituut voor Vermogensanalyse is in november 2009 opgericht in Melsbroek door vennoten actief in financiële dienstverlening en verzekeringsbemiddeling, in het bijzonder pensioenvoorzieningen, zorgverzekeringen en levensverzekeringen in combinatie met technieken van vermogensstructurering en successieplanning. Mentor richt zich niet rechtstreeks tot de natuurlijke persoon of rechtspersoon die afnemer is van financiële producten en diensten in de zin van de relevante wetgeving (niet-professionele cliënten). Uw relatiebeheerder is steeds een erkend verzekeringsmakelaar. Na zijn of haar tussenkomst kan Mentor diensten aanleveren, als ondersteuning van zijn of haar advisering.

Mentor vennoten zijn, met één uitzondering, als verzekeringsmakelaar ingeschreven bij de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA). Ze houden respectievelijk kantoor in Aalst (FinCent), Brasschaat (Metris), Melsbroek (Median) en Merchtem (CFPC/Kevlaer). Aangezien het hier om gereglementeerde ondernemingen gaat, stellen ze van rechtswege geen diensten voor van onafhankelijke financiële planning, maar sluiten ze in hun advisering aan bij hun beroepscompetenties en de overeenstemmende gedragsregels (algemene zorgplicht). Mentor verstrekt geen raad over financiële planning in de zin van de toepasselijke regelgeving, maar concentreert zich op vermogensengineering, waarbij de vennootschap fungeert als opdrachtnemer voor punctuele juridisch-technische en juridisch-economische taken in ondersteuning van de dienstverlening in verzekeringsbemiddeling en financiële planning van verzekeringstussenpersonen. De focus ligt op het burgerlijk recht, het fiscaal vermogensrecht, het successierecht, de drie extralegale pensioenpijlers, risicotolerantie en beleggingshorizon binnen levensverzekeringen.

Eenvoudige, heldere ingrepen kunnen u al een heel eind op weg helpen door te beantwoorden aan uw onmiddellijke behoeften en verlangens. Complexiteit is geen garantie voor efficiëntie. Voor meer informatie, surf naar www.mentorinstituut.be.

Mentor NV Instituut voor Vermogensanalyse - Steenwagenstraat 48 - 1820 Melsbroek - KBO 0820.334.443 - RPR Brussel
Dit document dient alleen ter informatie en is met de meeste zorg samengesteld. Er zal niettemin geen aansprakelijkheid worden aanvaard voor schade geleden door de lezer als gevolg van het gebruik van of het zich baseren op deze publicatie bij het nemen van beslissingen van financiële, juridische of fiscale aard. De in dit document vervatte informatie is niet bedoeld als een commercieel aanbod of een advies van welke aard ook.